Haspengouw = industriële landbouw
Kaart
Reis info Alweer een treinstapper. Start van deze etappe is het treinstationnetje van Vertrijk. Het ligt op de spoorlijn tussen Leuven en Tienen. Vanuit Leuven ben je er met de trein in 6 minuten. Terugkeren doen we vanuit het treinstation in Tienen. De wandeling - januari 2024 Deze tweede etappe op de Streek-GR Hageland liepen we al kort na de eerste in april 2023. Maar om allerlei redenen kwam het er toen niet van om een verslagje te schrijven. Van uitstel komt afstel, en uiteindelijk beslisten we de tocht gewoon nog eens over te doen. Al kort na de start gaat het door een natuurgebiedje, de Snoekengracht. Wat opvalt is het Sint-Luciakapelletje in een wei naast de Velpbeek. De onderbouw is een bronput die dateert van begin 16de eeuw. Bijna drie eeuwen later (1796) werd het kapelletje boven op de bron gebouwd. De timing viel samen met de sluiting van de kerk in Vertrijk door de Franse overheerser. Het gebouwtje werd opgetrokken in Gobertangesteen, een wit/grijze kalksteen die al vele eeuwen ontgonnen wordt nabij Jodoigne (Geldenaken). Die steensoort werd in heel wat bekende gebouwen gebruikt, onder andere in Hoegaarden waar we tijdens deze tocht nog langskomen. Buiten Vertrijk stappen we door de typische Haspengouwse landbouwwoestijn. Uitgestrekte lichtglooiende akkers, doorkruist met betonweggetjes en hier en daar nog een onverharde veldweg. Goed dat we deze tocht in een vriesperiode lopen. De bevroren ondergrond bespaart ons heel wat ongemakkelijk moddergeploeter. We steken de al van ver hoorbare E40 snelweg en de HST spoorlijn over en lopen dan door een stukje Willebringen. Dit dorp valt net als Vertrijk onder de gemeente Boutersem. Het volgende stuk van de wandeling gaat van Willebringen naar Hoksem. Kale veldwegen en soms een holle weg waar nog wat begroeiing mogelijk is. Onderweg van Hoksem naar Hoegaarden staat op een kruispunt een gedenkteken voor de Amerikaan Georges Parramore. Het is de plaats waar de man op 1/12/1943 te pletter viel toen zijn parachute niet openging. Hij was boordschutter op een bommenwerper van de USA Airforce die op de terugweg van Solingen neerstortte in Sint-Agatha-Rode. Van de 10 bemanningsleden kwamen er nog 3 anderen om bij die missie. We komen aan in Hoegaarden via een steeg tussen de gebouwen van de bekende Hoegaarden brouwerij, sinds de jaren 1980 eigendom van AB Inbev, toen nog Interbrew. Tijd om even weg te stappen van het GR traject. We lopen naar het Gemeenteplein waar het stadhuis en de Sint-Gorgoniuskerk een goed excuus zijn voor een bezoekje aan taverne De Venetiaan. We keren terug naar het GR Hageland traject. Onderweg komt de vraag op: waarom is Hoegaarden een gemeente, en geen stad? Klein is de plaats alleszins niet. Blijkt dat er wel degelijk geprobeerd is om Hoegaarden stadsrechten te geven. Als achtergrond moet je weten dat Hoegaarden vanaf de middeleeuwen tot de Franse Revolutie een enclave was van het Prinsbisdom Luik, omringd door het Hertogdom Brabant. Hoegaarden deed het niet slecht, en dat wekte uiteraard de nodige afgunst op bij de Brabantse buren, meer bepaald Tienen en Leuven. Ter hoogte van een vijver bij de Mariadal school splitst de GR 128 Vlaanderenroute af van ons pad. Wat verder, op een fietsroute zullen we GR 128 nog eens kruisen. Sfeerbeelden
Lengte track
17.88 km
Totale stijging
152 m
Totale daling
164 m
Wie parkeerde in Vertrijk heeft een erg kort treinritje voor de boeg. Voor ons ging het naar Leuven. Indien nodig passeren er ook treinen naar Brussel en verder. En ook vanuit Leuven kan je vrijwel alle richtingen uit.
We kozen een ijzig en somber bewolkt winterdagje uit, verre van ideaal voor mooie foto's. Gelukkig zijn er ook nog de kiekjes van de vorige keer. Je hoeft je dus niet af te vragen waarom de meeste foto's nogal veel groen tonen, terwijl we de tocht toch in putje winter stapten. We kozen gewoon de beste beelden uit de twee reeksen.
Wat verder passeren we de imposante kerk van Vertrijk. De stoere romaanse toren gaat terug tot de 12de eeuw. Later zorgden opeenvolgende verbouwingen en uitbreidingen voor het huidige onsamenhangende uitzicht. De kerk stond al in de steigers in april 2023, en dat is in januari 2024 nog altijd het geval. Onderhoudswerkzaamheden ... waarvoor? Overal kerkgebouwen die meestal leeg staan, ontoegankelijk zijn en massa's geld opslorpen. Wie betaalt dat allemaal, en hoe lang nog? Is het echt nog nodig dat ieder dorp zijn eigen kerk heeft?
In Willebringen spotten we bij een bushalte een splinternieuw bord met de aankondiging dat daar sinds 6/1/2024 de Flex lijn Hageland passeert. Dat betekent dat je voortaan je busrit naar of weg van deze plaats moet reserveren. Er komen wel nog twee vaste buslijnen langs, maar die zijn op de schooljeugd gericht en rijden enkel één rit 's morgensvroeg in de ene richting, en een tweede rit in de late namiddag in de andere richting. Veel verschil zal het niet maken, want voordien kon je hier ook al een Belbus reserveren. What's in a name? Het verschil tussen Belbus en Flexbus zou de uitgebreidere dienstverlening zijn. Eens benieuwd of ze bij De Lijn na een tijd ook weer zullen af willen van hun Flexbus dienst? De Belbus diensten werden in de voorbije jaren grondig afgebouwd en nagenoeg afgeschaft. Waarom zou het dan nu plotseling wel het mobiliteitsconcept van de toekomst worden? Het zal onze verplaatsingen alleen maar weer minder flexibel maken, in tegenstelling tot wat het woord "flex" zou moeten betekenen. Afwachten !
Bij het binnenlopen van Hoksem komt GR 128 (Vlaanderenroute) ons traject vervoegen.
Vroeger hoorde Hoksem bij Kumtich, maar beide woonkernen werden van elkaar gescheiden door de aanleg van de E40. Hoksem werd dan maar bij Hoegaarden gevoegd, en Kumtich bij Tienen. In Hoksem staan we even stil bij twee bezienswaardigheden: een watermolen en de kerk.
De molen bleef in bedrijf tot 1981 toen de laatste molenaar overleed. De huidige eigenaar restaureerde molen en waterrad en wekt er nu zijn groene energie mee op.
De Sint-Janskerk gaat met zijn romaanse toren, net zoals in Vertrijk, terug tot de 12de eeuw. Op de toren staat niet alleen een haan, maar ook een hen, een unicum in België. Een zeldzaam geval van emancipatie in een kerk die de vrouw nog altijd schaamteloos discrimineert?
Na een verhard wandelpad door een holle weg komen we bij de Marollenkapel. De kapel werd gebouwd in 1832 in opdracht van de zusters van Mariadal in Hoegaarden. Het is een miniatuur van de basiliek van Scherpenheuvel. Sinds 1992 is de kapel in handen van de Vlaamse Landmaatschappij en in openbaar beheer. Ze werd in 1995 grondig gerestaureerd, maar is sindsdien van alle binnenbekleding ontdaan. De naam heeft niets te zien met een Brusselse wijk, maar is een verbastering van "Maricollen", de eigenlijke naam van de zusters. De plaats ligt ideaal op een kruispunt van wandel- en fietspaden, en biedt een 360° uitzicht over de streek. Sinds 2013 is het terrein rond de kapel ook een regelmatig bezocht waarnemingspunt van een vereniging voor sterrenkunde.
Het lijkt wel de kapellekensbaan, want wat verder staat in Sint-Katharina-Hauthem de uit de kluiten gewassen Sint-Katharinakapel. Het gebouw dateert uit het midden van de 16de eeuw, maar torentje en sacristie zijn van latere datum. Bedevaarders kwamen naar deze plek om genezing van huidziekten af te smeken, vooral het Rad van Sinte-Katrien. Een bordje Open Kerken zegt dat we in het verkeerde seizoen langskomen. Dan maar doorstappen.
Ooit telde Hoegaarden 35 brouwerijen, waarvan er in 1966 nog maar eentje overbleef: Brouwerij De Kluis, gesticht door ene Pierre Celis die het bekende Hoegaarden witbier groot maakte. Over de verdere geschiedenis en de jammerlijke poging om de productie van het bier zomaar eventjes naar een andere plaats te verhuizen, hoeven we hier niets meer te vertellen. Dat verhaal is voldoende bekend en illustreert de trieste drang van multinationale bedrijven naar altijd hogere winsten ten koste van alles en nog wat.
Met de Sint-Gorgoniuskerk snijden we een ander onderwerp aan, maar toch duikt ook hier het bier op. De kerk werd namelijk gebouwd tussen 1754 en 1759, in een periode waarin Hoegaarden dankzij de biernijverheid een grote welstand kende. De kerk valt al van ver in het landschap op. Het is een kapittelkerk en de grootste rococokerk in België. gebouwd in de gobertangesteen die we eerder in Vertrijk al aantroffen in het kleine Sint-Luciakapelletje. Het is ook de enige kerk in ons land met Sint-Gorgonius als patroonheilige. Hij stierf een marteldood rond de jaren 304. De kerk is alleszins een bezoekje waard, maar ook hier stonden we voor een gesloten deur. Daarmee misten we de befaamde Palmezel die jaarlijks op Palmzondag nog altijd in processie rondgedragen wordt. Het is een 16de-eeuws houten beeld dat Christus voorstelt, gezeten op een ezel. Een traditie die vroeger in bijna elk dorp bestond, maar nu vrijwel overal verdwenen is.
Een eerste poging dateert van 1013, toen het Prinsbisdom in Hoegaarden een burcht wilde bouwen. De Graaf van Leuven voelde zich bedreigd en viel Hoegaarden aan. Hij verloor de strijd, maar door verraad kwam Hoegaarden toch in handen van Brabant. Gevolg: Hoegaarden werd geen versterkt stadje, en als tegenreactie kreeg Tienen in 1015 zijn eerste omheining.
In 1248 werd Hoegaarden terug verkocht aan het Prinsbisdom, maar met een clausule dat er geen versterkingen of wallen zouden gebouwd worden. Dat bleef zo tot de Franse overheersing toen het Prinsbisdom Luik opgeheven werd en Hoegaarden terecht kwam in het Departement Dijle, samen met Leuven en Tienen.
In 1805, tijdens de Franse overheersing, volgde nog een ultieme poging. Toenmalig burgemeester Jean-Baptist Van Autgaerden wilde Hoegaarden tot stad laten uitroepen. Maar zijn aartsvijand Sweerts gunde de burgemeester die eer niet. Na het nodige politieke gekonkel volgde uiteindelijk een ongunstig advies van Tienen.
We verlaten Hoegaarden niet zonder een eerste kennismaking met de Grote Gete. Het riviertje duikt nog een paar keer op tijdens deze en de volgende GR Hageland etappe. De Grote Gete is zo'n 51 km lang en ontspringt in het Waals-Brabantse Perwijs. Via Hoegaarden en Tienen gaat het naar Budingen waar Grote en Kleine Gete elkaar ontmoeten. Vandaar gaat het als de Gete nog 12 km verder tot in Halen waar uiteindelijk de Demer de Gete opslorpt.
Voorbij de Grote Gete komen we terecht op een stuk fietssnelweg dat aangelegd werd op de bedding van de vroegere spoorlijn 142. Die liep van Namur via Jodoigne en Hoegaarden naar Tienen. Het deel van Hoegaarden naar Namen is een onderdeel van het Waalse Ravel netwerk (40 km). Wij volgen het resterend stukje van 1,6 km tussen Hoegaarden en de E40. Dat deel van spoorlijn 142 werd volledig opgebroken in 1968 - 1969 voor de aanleg van de E40 snelweg.
Als afsluiter volgt een landelijk traject waarbij de Grote Gete nog eens overgestoken wordt. In de verte kunnen we niet naast de fabriek van Tiense Suiker kijken.
Eenmaal de Zuidelijke Ring van Tienen overgestoken, bevinden we ons in de stad. Het gaat redelijk rechtlijnig tot aan de spoorlijn waar we het GR Hageland traject verlaten. Een paar 100m verder ligt het treinstation van Tienen. Het ziet er erg onderkomen en verwaarloosd uit, maar we vonden er vrij en gratis toegankelijke toiletten die in een redelijke staat van netheid verkeerden, en dat is toch wel een zeldzaamheid in de meeste Belgische treinstations.